Kijkdozen maken in Bussemakerhuis

In het Bussemakerhuis is de tentoonstelling `Verhalen in doosjes` van Wilma van der Veen nog te bewonderen. Voor de krokusvakantie ligt het dan voor de hand om de kinderen uit te nodigen hun eigen verhaal in een doos te maken. Gwenda Kimp bedacht een kijkdozenochtend. Tien kinderen storten zich met hart en ziel op het maken van een kijkdoos.

Kijkdozen, wat zijn dat?

Als de kinderen binnen zijn, is de eerste vraag van Gwenda Kimp of ze weten wat een kijkdoos is. De meesten blijven het antwoord schuldig, dus is het maar goed dat drie leden van de Jeugdraad, Anouk, Noor en Lieke, van te voren een kijkdoos hebben gemaakt. Hun onderwerpen: lente, een seizoenendoos en een sieradendoos. De drie dames leggen uit wat zij bedoelen met hun doos.

Daarna nemen Gwenda en Grietje (de assistente van Gwenda) de kinderen mee voor een korte rondgang naar de `doosjes` van Wilma van der Veen. Het is de kinderen nu wel duidelijk wat bedoeld wordt. Een enkeling heeft al in het hoofd wat het onderwerp van zijn of haar kijkdoos is.

De kijkdoos wordt gemaakt

De dozen zijn al enigszins geprepareerd, alle materialen liggen gereed dus de kinderen kunnen beginnen. Het rondje: “Wat denk je dat je gaat maken?” gaat nu wel goed. Resultaat? Een tuin voor mijn poes, een paardenstal en zo verder.

Al snel zijn de kinderen, met of zonder hulp, aan de slag. De jeugdraad springt bij. De meisjes lijken iets handiger dan de jongens. Het is overigens wel leuk dat evenveel meisjes als jongens zich aangemeld hebben voor deze ochtend.

Nynke maakt een schaakkijkdoos. Nynke is pas geleden al door BorneBoeit geïnterviewd over haar successen in de schaaksport. Van ijsstokjes maakt ze de pionnen, van klosjes de overige schaakstukken. “Leuk hoe de stukken op het bord lopen. Je moet nadenken bij het schaken want schaken is een denksport. Ik heb het al in groep 4 bij de Plechelmuschool in Hengelo geleerd. Toen ging ik bij een schaakclub en daar zit ik nog.” Noor van de jeugdraad helpt haar.

Sofie maakt een hotel: “Ik ben pas in een hotel, De Bonte Wever, geweest. Daar was een zwembad en we zijn daar een heel weekend geweest. Er was ook heel lekker eten.”

Christine zit op paardrijden: “Nog niet lang maar ik vind het leuk. Nu maak in van mijn kijkdoos een paardenstal.”

Morris heeft een hondje Cookie en die kan kunstjes: “Als ik piew piew doe, dan rolt hij op zijn rug met zijn pootjes omhoog.” Hij maakt een dierenwinkel. Zijn zusje Nicky een tuin voor het hondje.

Thijs heeft als hobby het spel Warhammer: “Dat zijn poppetjes die je moet verven. Ik heb er al drie die ik ook zelf geverfd heb. Maar als je het spel Warhammer wilt spelen heb je er wel 10 nodig.” Het is wel duidelijk dat zijn kijkdoos een Warhammer kijkdoos is.

Wouter heeft ook een tuin gemaakt waar zijn poes Helly in mag spelen. Hijzelf speelt dan in zijn fantasie mee. Het hekje in de doos is het poortje. Ook een hokje voor de rust van de poes ontbreekt niet.

Stijn heeft iets erg fantasievol: een kijkdoos met een kok die een ei op zijn hoofd heeft. Waar hij dat idee vandaan heeft gehaald weet hij zelf niet: “Maar het lijkt me gewoon leuk.”

Thibaud houdt van dinosaurussen. “Nee in het echt heb ik ze nooit gezien maar ik ben wel in Dinoworld geweest.” Ja en dan maak je een dinosaurus kijkdoos, logisch.

De kinderen gaan trots met hun zelfgemaakte en schitterend versierde kijkdozen naar huis. (AM)