Hoe zit het nu precies?
Er kwamen veel reacties op ons artikel ‘Verandering van beleid in 't Dijkhuis’. Het roept veel vragen op. Er is veel onduidelijk. Mogen onze medebewoners niet meer naar de dagvoorziening in ‘t Dijkhuis? En nu? Joke Boevink, ouderenadviseur bij Wijkracht, CRAB (Creatief Atelier Borne) en een beleidsnota van de gemeente bieden meer duidelijkheid.
Kort samengevat
Voor het TMZ, TriviumMeulenbeltZorg, haar gewijzigde beleidskeuzes kenbaar maakte, was de gemeente in gesprek met Wijkracht Ouderen om nieuwe activiteiten te ontwikkelen. Mensen die door hun ziekte en beperkingen professionele dagbesteding nodig hebben, ontvangen hiervoor een indicatie vanuit de WMO of WLZ, Wet Langdurige Zorg. Voor de inwoners in Borne zijn de Tuinkamer in Hertme, georganiseerd door Carintreggeland en een zorgboerderij mogelijkheden om naar toe te gaan. TMZ biedt voor de inwoners van ‘t Dijkhuis dagbesteding aan.
De nieuwste ontwikkeling, opgezet door de gemeente en Wijkracht, richt zich op senioren die graag anderen willen ontmoeten. Een aanbod waarbij ouderen een dagdeel gezelligheid en afleiding vinden. Het gaat om mensen die hier vanuit eigen beweging niet direct naartoe komen. Het wordt gerund door vrijwilligers.
Beleidskeuzes
De gemeente heeft een plan voor het organiseren van algemene voorzieningen ontworpen. Het voorstel is dat Wijkracht, samen met vrijwilligersorganisaties en vrijwilligers, twee algemene voorzieningen opzet, gericht op ontmoeting en zinvolle dagbesteding. Dit als aanvulling op de geïndiceerde maatwerkvoorziening dagbesteding. In eerste instantie voor een pilot van één jaar.
“TMZ maakt haar eigen beleidskeuzes”, zegt Joke Boevink (foto hiernaast). “Ik begrijp het wel, maar het is meer dan jammer dat zij zich genoodzaakt voelen deze keuzes te moeten maken.” Tijdens de periode dat Covid-19 enorm toesloeg leefden we soms in een lockdown. Het werd nog meer duidelijk dat contacten van levensbelang zijn. Voor oud en jong. Sommige ouderen ontvingen noodzakelijkerwijs, wegens het gebrek aan contacten en een netwerk, een indicatie voor dagbesteding. Dat er een grote groep mensen is die behoefte heeft aan contact, iets kunnen doen, erbij horen, zich welkom voelen, is voor de ouderenadviseur merkbaar. Het zijn vaak ouderen die niet zelf het initiatief meer nemen om op onderzoek uit te gaan. De inspanningen die het kost om het allemaal te regelen, er te komen, te weten wat het je biedt, lijkt niet op te wegen bij wat het je biedt. Ontregelen en ontzorgen is dan wat nodig is. Dit resulteerde in een opzet van een algemene voorziening voor mensen zonder indicatie. Dit en noodgedwongen vanuit een kostenbeheersing van dagopvang, ontwikkelde de gemeente een plan.
CRAB en Letterbak
Dagopvang of ‘doen wat nog mogelijk is’ zoals Toon ’t Hoen en Gerard Scholten van CRAB het noemen. Op de locaties de Letterbak en bij de Stichting Kunsthus/CRAB vinden straks de activiteiten plaats. Men gaat uit van de eigen behoefte. De bezoeker moet vooral zelf aangeven wat hij of zij leuk vindt om zich mee bezig te houden. Of het nu schilderen, boetseren, crypto’s maken of rummikuppen is, het kan allemaal. Als meerdere mensen behoefte hebben aan een gymnastiekles, dan kan dat worden georganiseerd. Er wordt koffie geschonken en gezamenlijk gegeten. Aan deze ontmoetingsactiviteiten voor senioren is geen minimumleeftijd verbonden.
Afhankelijk van de locatie kunnen er zes tot maximaal twintig deelnemers tegelijk deelnemen. De eigen bijdrage varieert tussen de 6,50 en 10 euro per dag. Het zijn vrijwilligers die de deelnemers opvangen en begeleiden. Er wordt geen verpleging of verzorging aangeboden. Iedereen moet in principe zelf naar het toilet kunnen en zich met het eten kunnen redden. “Daar waar vrijwilligerswerk overstijgend is stopt het. Dat heeft niet te maken met de competenties maar wel met het dragen van verantwoordelijkheid”, beargumenteert Boevink. Op beide locaties werken dus geen betaalde krachten.
Kunsthus/CRAB
Bij het Kunsthus, ook wel CRAB, werken twee specifiek opgeleide heren. Beiden hebben een opleiding in de kunstensector gevolgd. Bovendien zijn ze pedagogisch onderlegd. Gezien hun leeftijd, 71 jaar, voelen ze de doelgroep goed aan. Ze richten zich op schilderen, tekenen en kleien. ’t Hoen en Scholten kunnen de deelnemers adviseren in de opzet van het werk. Voorwaarde is dat de bezoeker het creatief bezig zijn ‘leuk’ vindt. Men zoekt naar wat er mogelijk is met het beperkt zijn. Werken met je mogelijkheden.
“Mensen hebben kwaliteiten. Kijk naar wat je wel nog kunt als je een beperking hebt”, onderstreept ‘t Hoen. Hij geeft als voorbeeld iemand die slechtziende is. Wij kunnen helpen bij het creatieve proces om een pasteltekening te maken. Er zijn hier momenteel zes deelnemers. “We zijn met z’n allen aan het werk.” Dat geeft een positieve impuls. Het gaat om je geestelijke gezondheid. “Als je je prettig voelt dan heb je minder zorg nodig”, aldus Scholten. Ze merken dat mensen met elkaar praten via het werkstuk. Immers, dat creatieve proces is de gemeenschappelijke interesse. Al vijf jaar, op de vrijdag, komen hier mensen die gebruik maken van een zinvolle dagbesteding. De kosten worden gedekt uit opbrengsten van workshops die zij aan andere groepen verzorgen.
Wijkracht
Maar hoe kom je daar? Boevink vertelt verder: “Je hebt geen indicatie nodig, wel eerst contact met Wijkracht.” Vanuit de vraag en behoefte van mensen onderzoeken ze samen wat gewenst is. Dat kan deze nieuwe ontmoetingsactiviteit zijn of andere voorliggende activiteiten in Borne. Bijvoorbeeld Het praathuis, een beweeggroep, het Eetpunt. Daarbij regelen en ontzorgen ze om ‘de beren op de weg’ af te schieten. Een praktijkondersteuner van een huisarts, een familielid of de oudere zelf kan zich aanmelden. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan een nieuwe brochure ‘Ontmoeten, sporten en bewegen voor senioren’. Hierin staat breed opgenomen wat er allemaal georganiseerd wordt in onze gemeente.
‘Hoe ouder de mens hoe unieker’
Deze nieuwe vorm van ontmoetingsactiviteiten is noodzakelijk omdat nu en in de komende jaren de ouderenzorg verandert. “Het is niet allemaal meer haalbaar door de toename van ouderen en het personeelstekort”, licht Boevink toe. Het is belangrijk dat de mens zich al vroeg afvraagt: hoe wil ik oud worden en wat heb ik nodig? En als je ouder wordt: stil blijven staan bij wat je belangstelling heeft, wat je goed doet, blijf eruit gaan, deel je problemen met anderen. Boevink vertelt haar verhaal als een bevlogen ouderenadviseur. Ze schaart de groep senioren niet onder één noemer. Het is niet één doelgroep met dezelfde wensen en behoeftes. Uit ervaring onderstreept ze haar waarnemingen: “Hoe ouder de mens, hoe unieker 'ie is.” (YD)
Rest ons de vraag: Vallen er in Borne mensen tussen wal en schip? Welke voorzieningen zijn er meer nodig om ieder mee te laten doen? Daarover later meer.
© BorneBoeit. Op onze artikelen en beeldmateriaal rust copyright.
Voor meer informatie raadpleeg de spelregels.